Kay is bezig met twee blokjes hout en een punaise. Hij is een knikkerbaan aan het maken.
Hij duwt de punaise in het bovenste blokje hout.
Even later zie ik hem samen met Conner werken. Conner heeft gisteren met een hamer spijkers in hout geslagen. Hij laat nu aan Kay zien hoe dat moet.
Na een tijdje komt Kay naar me toe: "Juf, we kunnen een muziekje!" Ze laten me zien welke geluiden ze ontdekt hebben.
Als Kay's schans van zijn knikkerbaan in elkaar zit maken ze een parcours met meerdere blokjes en latjes. Met een knikker testen ze of het werkt.
Marieke
Kay: Ja, dan gaat die knikker er zo vanaf.
Conner: Dus deze heb je niet nodig?
Kay: Jawel.
Conner: Dan gaat 'ie iiiiieeeeee
Kay: Maar deze moet er juist in blijven.
Conner: Ben ik ook aan het doen.
...
Even later ziet Maaike dat de twee jongens de knikkerbaan gaan uitproberen:
Kay: Deze knikker gaat het halen.
[Hij gooit de knikker.]
Conner: Nee weet je hoe het moet.
[Hij laat met een knikker de weg zien die de knikker moet volgen.]
Kay: Dat lukt nooit?
Conner: Dat weet je niet.
Kay probeert het. Weer gooit hij de knikker. [Hij gebruikt het eerste stukje van de knikkerbaan als schans.]
Conner: Nee joh hij raakt het hout niet aan.
Kay: Weet je waar ik denk waar hij er af gaat. Daar.
[Hij wijst een stukje aan waar het houtje krom is.]