De kinderen die niet op de viool hebben kunnen spelen, zuchten diep wanneer de viool wordt ingepakt.
Emma vraagt: Zullen we luisteren naar het lied van de maan? Het lied van Els? Toen jullie allemaal een instrument hadden gepakt?
Veerle vertelt hoe het volgens haar was:
Veerle: Nou niet echt allemaal (een instrument) want Silke en ik hadden een dansje gemaakt. Om hem wat vrolijker te maken..
Emma: Waarom?
Veerle: Dan kunnen we het ietsje vrolijker en dan kunnen we meer dansen en vrolijker zingen…..mooier maken en ietsje leuk harder…veel meer zingen en…
Emma: Maar, waarom?
Veerle: Nou, dan konden we veel meer lol maken voor het lied.
Emma: Zou de maan dan ook vrolijker worden?
Veerle: Dan wordt de maan ook vrolijk.
Emma: Is dat belangrijk?
Silke: Ja, dat is belangrijk
Emma: Waarom? Is de maan verdrietig?
Veerle: Dan wou de mol dat de maan een beetje dansie dansie..
Emma: Hoe?
Later gaat het gesprek verder:
Veerle: Het lied van ons was wel ietsje vrolijker. Veerle zingt: De maan moet dansen, de maan moet dansen, tralalalalalalala. Emma neemt de melodie over en alle kinderen gaan meezingen!
Bij het terugkijken van het documentatiemateriaal blijkt dat Veerle en Silke tijdens de sessie met Els met zijn tweeën een start hebben gemaakt met hun maanlied. Vandaag sluiten Lisa, Pleun, Emma (kind) en Nicia aan bij het lied en de daarbij horende dans.
Veerle lijkt de groep te dirigeren in hun bewegingen.
De dans lijkt een structuur te hebben. Bij 'de maan moet dansen' hebben zij elkaars handen vast en huppelen in een kring. Bij 'tralalala' draaien zij om hun eigen as. Later dansen zij het gehele lied in de kring. Ze gaan op een bankje zitten om te overleggen en hervatten hun dans en zang. Tijdens de presentatie aan de klas maken zij ook nog een ronde, al huppelend door het lokaal, om de kussentjes heen.