De klas gaat in vier groepen stukjes maken voor onze uitvoering in het Dorpshuis op 4 juli.
In het eerste groepje zitten: Noa, Beaudine, Evi, Luna, Jalila, Zoë, Sharzad, Floor en Liv.
De vraag aan de kinderen is: kunnen we nu, na alle weken muziek maken, een stuk verzinnen dat we kunnen onthouden? Dan kunnen we het volgende week verder afmaken en dan op de generale repetitie alles bij elkaar brengen.
We hebben 30 minuten per groepje om te oefenen.
Beaudine, Zoe en Sharzad gaan windmuziek maken.
Ze spreken heel goed met elkaar af hoe het moet klinken. Beaudine en Sharzad spelen op de xylofoon, Zoë speelt er verschillende instrumenten bij. Sharzad gebruikt ook het uilenfluitje.
De andere meiden gaan bij het klimrek zitten en maken muziek. Ook die heeft met de wind te maken, vinden ze.
De viool hoort erbij. Jalila geeft aan wanneer je moet spelen. Eerst allemaal om de beurt, en dan samen en dan harder en zachter en dan stoppen.
We oefenen een paar keer en dan nemen we het op de video op.
De kinderen hebben in twee groepjes geconcentreerd gewerkt: aan vorm, aan klankkleur, aan om de beurt of samen op het zelfde moment spelen. Ze hebben naar elkaar geluisterd en elkaar aanwijzingen gegeven.
De kinderen hebben muzikale concepten bedacht die ze misschien zelf onthouden, maar we kunnen ze ook de opnamen laten terughoren om deze herinneringen terug te halen. Zo kunnen de stukken groeien voor de performance.