Vulkaanlandschap Samen kijken Adelijn: In de lucht hier hebben we rook, welke soorten rook zien jullie? Jonathan: Ik weet het, rook met vuurtjes, en dan gaan ze opbranden. En dan gaan ze blazen, eerst gaan ze dansen, en dan gaan ze stippen doen, en dan komt er vuur, en dan gaat het regenen, en dan gaan ze weer dansen, en dan gaat ie slapen. Adelijn: Ok, en wat voor rook zie jij, Nadim? Nadim: Ik zie van mij zandrook. En kleirook komt ook van mij. Adelijn: Wat zou je er nog bij willen maken? Serena: Een auto. Annemarie: Een hartje. Adelijn: En wat heeft het hartje te maken met de vulkaan? Annemarie: De vulkaan is verliefd. Adelijn: Kan dat? Vorige week zette Jonathan zijn vulkaan heel dicht bij Leila. En Serena zette haar vulkaan weer heel dicht bij die van Leila en Jonathan. Even later tekent Annemarie een hart op het landschap. Mirjam: Maak je een hartje? Annemarie: Ja een hartjesvulkaan. Zij was een hartjemeisje. En zij had al een ander vriendje, en toen moest hij huilen. Mirjam: En dat andere vriendje was ook een vulkaan? Of een ander iets? Annemarie: Nee, het was ook een vulkaan. Serena mengt de kleuren blauw en geel en krijgt zo allerlei kleuren groen. Ze trekt allemaal strepen naast elkaar. Mirjam: Wat voor kleur is het geworden? Serena: Blauw…grijs. Mirjam: En wat is dat, Serena? Serena: Dat is niks. Mirjam: Niks? Serena: Nee, dat is een geheimpje, dat mag ik niet vertellen. Mirjam: Ook niet in mijn oor fluisteren? Serena: Nee. Mirjam: Wat jammer nou, ik ben zo nieuwsgierig. En als het af is, ga je het dan vertellen? Serena: Ja! Nadim gaat stempelen met verf en een schuurspons, even later gaat hij ermee vegen over het vel. Nadim: Als je zo doet gaat het bewegen. Ik maak Spongebob. Spongebob heeft een vleermuis in zijn huis. Het moet mooi worden.