Het project­bureau van Toe­val Ge­zocht ini­ti­eert, or­ga­ni­seert en on­der­steunt re­gio­na­le net­werk­groe­pen, een lan­de­lij­ke the­orie­groep, ten­toon­stel­ling­en, con­cer­ten en con­fe­ren­ties.

Observatie

Groepsimprovisatie
De musici zitten met de kinderen in de kring en maken alleen geluiden. Petra begint met in haar handen te wrijven. Het duurt een klein poosje voordat de kinderen meedoen. Eén meisje maakt hiervan ineens een groot gebaar en het ijs is gebroken. Verschillende “handgeluiden” ontstaan. Voeten schuiven over de grond en gaan over in trappelen. Het initiatief ligt afwisselend bij de musici en de kinderen.
Stemgeluiden worden langzaam hoorbaar: “uuuh uhhhhh” met korte glijdende geluiden naar boven en beneden (glissandi).  “Shhhh shhh”- geluid wordt begeleid door gebaar. Lippengeluid. Eerst met een hand lippen bespelen dan twee. Er ontstaan gesprekjes onderling. Steeds meer stemgeluiden: “psh psh” (met vuistjes op elkaar), “pssss”   “pssss”, “chroi” chroi” gevolgd door het vuistenlied: “deze vuist op deze vuist e zo gaan we naar boven”.
Een enorme hoeveelheid geluiden ontstaan. Kinderen zijn na 10 minuten volop aan het uitproberen. Musici vallen terug op bepaalde muzikale motieven of ritmes als het groepsgebeuren ondoordringbaar wordt.  Het stampen mondt uit in geluiden die snel van zacht naar hard gaan (crescendo). Deze worden begeleid door tellen.
De kinderen maken stemgeluiden met vingers aan de mond. Deze gaan over in kloppen op wangen met stemgeluid erbij: “uuh uuh”, “ow, ow” (indiaangeluid). Dit verandert in “push pish” “hoe ha”. Kinderen bedenken steeds meer. Ze beginnen overal op hun gezicht en hoofd  te kloppen: “tok tok” “tik tok”. Steeds nieuwe stemgeluidengolven worden ingeluid door zelfbedachte geritmiseerde woordjes.

Het eerste kringgesprek
Petra neemt het woord. Het verschil van gesproken taal en de geluidentaal waarmee in het begin gecommuniceerd werd wordt door de kinderen opgemerkt. Er ontstaat een gesprek over de “rare taal’ die net was ontstaan. Petra vertelt wat we met de kinderen van plan zijn. We gaan ons bezig houden met geluiden, met de “rare taal” gaan we ons bezig houden. Petra stelt zich voor als geluid. Ze “componeert” haar naam op verschillende manieren. Alle musici stellen zich op deze manier voor. Elk kind zegt zijn naam in geluidentaal. Soms doen ze elkaar na, andere hebben een heel origineel idee.

Megan: "Ze kunnen niet gewone taal spreken."
Vraag van musicus: met wat voor'n taal hebben we gesproken?
Pepijn:" In de maat."
Luuk: "Taal van muziek."
Maybritt: "Gebarentaal."
Martin: "Rare taal, heel rare taal."

01

Dag 1 - In de grote groep

dag 01
23 februari 2009
het luisterliedje
De allereerste improvisatie in 'geluidentaal'.
Toeval Gezocht on­der­zoekt as­pec­ten van de re­la­tie tus­sen kunst en le­ren. Ei­gen on­der­zoek, als op­dracht­ge­ver van on­der­zoek en sa­men­wer­king met we­ten­schap­pe­lijk on­der­zoek.