Marit en Mila bedenken tijdens het verzamelen van het hout al dat ze een boom gaan maken.
Terug op school gaan ze aan de slag met het zagen van de takken en het aan elkaar maken van de takken tot een boom. Ook ontstaan de eerste elementen die in de boom gehangen zullen worden.
Marieke
Mila [terwijl ze aan het zagen is]: Marit hij beweegt echt!
[Het blokje dat ze aan het doorzagen beweegt door de zaagbeweging.]
Mila: Ik weet het al, we hebben deze niet nodig.
[Het blokje wordt weggelegd.]
Marit: Moeten we persé een hut?
We maken een schuine hut.
Mila: Marit, weet je wat ik bedoelde, kijk, heb je een beetje folie er omheen en dan doe je....
[Marit heeft een driehoekig blokje waar ze folie overheen vouwt, daarna tikt ze er met een takje op.]
Marit: Dat is toch een veel te klein dakje?
Mila: Zo, dan haal je 'm er voorzichtig af.
Hij zit heel strak.
En dan heb je dit vormpje.
[Ze laat aan Marit en mij een piramidevorm zien van folie]
Marit: Kijk ik heb al een stukje van een boom.
Wat ga je ermee doen dan [vraagt ze aan Mila over de piramide van folie]
Mila: Die gaan we aan de boom hangen, die Marit maakt.
Nee Marit, die moet er af [wijst naar een tak die Marit net aan een andere tak heeft vastgemaakt.]
Marit: Nee, ik heb net zo hard gewerkt en dan moet ik nu alles uit elkaar halen?!