Het is de laatste “gewone” les op school voor de einduitvoering in het dorpshuis. Volgende week hebben we nog een 'generale repetitie', maar die zal in het dorpshuis plaatsvinden.
We beginnen de les door het arrangement van “donghi mombe mbudzi” te oefenen.
Daarna leren de kinderen een Nederlandse tekst bij het liedje 'Shiri Yakanaka':
“Lief klein vogeltje, kom maar gauw bij mij!
Kom maar, kom maar, want dan word ik blij!”
“Ik vlieg naar de wolken, hoog in de lucht
Vliegen, vliegen, vliegen, een verre, verre vlucht.”
Dan leren de kinderen het liedje “aram samsam” met bewegingen.
Oefenen voor het optreden gaat prima. De kinderen vinden het liedje “shiri yakanaka” heel leuk en hebben er zin in om een Nederlands stukje erbij te leren.
Debby vraagt of ze het liedje 'Aram samsam' al kennen. Ze zingen het niet op school, maar een paar kinderen kennen het wel van een CD die ze thuis hebben. Rambod wil het wel voorzingen.
Dan leren we het met z'n allen, met bewegingen erbij. We beginnen heel langzaam en worden steeds sneller. Dat vinden de kinderen geweldig, ze kunnen er niet genoeg van krijgen!
“Nog een keer!”
Het is heel leuk dat deze klas het liedje “shiri yakanaka” zo omarmd heeft. Ze beginnen het al uit zichzelf te zingen aan het begin van de les.
“Aram samsam” vonden ze geweldig, wat ongetwijfeld ligt aan de combinatie van zingen, bewegen en actie. De kinderen zitten dan op het puntje van hun stoel en letten heel goed op, want je moet het wel met z'n allen doen.