Jesse is ziek. De andere kinderen werken in de hut en versieren die met pauwenveren.
Eva: wat hebben jullie daar gedaan?
Sven: heel mooi maken.
Angelo: ik heb alle pauwenveren netjes gelegd. Dat vond ik wel mooi staan.
E.: Het heette altijd de hut van Jesse. Maar Jesse is er vandaag niet, hé?
Sven: Dus daarom maken wij het ook mooi voor Jesse.